AMSTERDAM - Consumenten lopen volgens Greenpeace nog steeds het risico illegale houtproducten te kopen, ook al heeft de EUTR het sinds 3 maart dit jaar strafbaar gemaakt illegaal hout op de markt te brengen. In vloerenwinkels ligt nog veel verdacht hout. Dit blijkt uit winkelinspecties van de milieuorganisatie bij 19 consumentenbedrijven.
Greenpeace roept de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit, die de Europese Houtverordening (EUTR) moet handhaven, op de vloerensector in Nederland te onderwerpen aan strenge controles. De EUTR trad op 3 maart in werking. Sindsdien is het in de EU verboden illegaal gekapt hout en houtproducten op de markt te brengen. Houtimporterende bedrijven hebben de verplichting aan te tonen dat hun producten niet van illegaal gekapte bomen komen. Dit alles om illegale houtkap en de daarmee gepaarde criminele handel aan banden te leggen.
De resultaten van het bedrijvenonderzoek zijn 22 september gepresenteerd in het Vara-radioprogramma Vroege Vogels. Greenpeace zegt in een persbericht van die datum te constateren dat grotere bedrijven als Jongeneel en bouwmarkten als Bouwmaat en Gamma hun inkopen hebben aangepast. “Deze bedrijven lieten bewijzen zien dat zij bijvoorbeeld houtproducten uit China of Indonesië, waarbij de legaliteit niet te achterhalen was, uit hun assortiment hebben gehaald.”
Wengé en merbau
Bij vloerbedrijven liggen volgens Greenpeace nog wel veel houtsoorten met een hoog risico op illegale houtkap in de schappen, zoals wengé en merbau. “Van beide soorten is bekend dat zonder controles door een onafhankelijke derde partij de herkomst en legaliteit nauwelijks is te achterhalen. De vloerbedrijven waren ook zeer gesloten over hun bedrijfsvoering. Van de negen vloerbedrijven weigerden er vier mee te werken aan het onderzoek, drie gaven gebrekkige informatie.”
‘Vloerensector scherp controleren’
Bossendeskundige Danielle van Oijen vindt de houding van de vloerbedrijven onbegrijpelijk: “Met de aankoop van een houten vloer wil je niet het risico lopen de portemonnee van criminelen te spekken en bij te dragen aan ontbossing. De EUTR is er om te garanderen dat dit niet gebeurt. Maar vloerbedrijven nemen de wet niet serieus.”
Van Oijen spoort de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) aan de handhaving bij de vloerensector op te schroeven. “Uit ons onderzoek blijkt dat de NVWA de vloerensector scherp moet gaan controleren en overtredingen beboeten. De NVWA heeft weliswaar weinig mankracht of middelen tot haar beschikking, maar als zij niets onderneemt, zal de EUTR een wassen neus blijven. De wereldwijde ontbossing gaat dan gewoon door, omdat we criminele houtkap blijven financieren.”
Van de wereldwijde houthandel komt volgens Interpol 10 tot 30 procent van illegaal gekapte bomen, goed voor een omzet van 30 tot 100 miljard US-dollar. Illegale kap veroorzaakt volgens Greenpeace ontbossing, versterkt sociale conflicten, ondermijnt het bestuur in de landen van herkomst en spekt de kas van criminele netwerken. Het rapport kunt u hier online lezen.
Noot van de redactie
In haar persbericht zegt Greenpeace ‘winkelinspecties’ bij ‘consumentenbedrijven’ gedaan te hebben. Hierbij is het goed te weten dat de EUTR alleen geldt voor marktdeelnemers die voor het eerst hout of houtproducten op de markt brengt in de EU. Winkeliers en leggers die kopen bij een fabriek, groothandel of agent hebben daar meestal niet mee te maken. Wie wél zelf hout(producten) van buiten de EU importeert, moet zich aan de EUTR houden.
Foto: ©Greenpeace / Guo Qiang Ji.