ARNHEM- TÜV Rheinland heeft het testprotocol voor ondervloeren geüpdatet. Bij het testen wordt de ondervloer voorzien van een standaard bovenvloer van 10m2. Op acht plekken wordt de contactgeluidsreductie gemeten.
Deze contactgeluidsreductie die volgens de norm minimaal 10dB Llin moet zijn, wordt bevestigd in een certificaat en een keurmerk, zo stelt het bedrijf.
De verbetering van het protocol is tot stand gekomen na overleg met ondervloer producenten. De wens om onafhankelijk te laten testen en hieraan een internationaal erkend certificaat te koppelen draagt bij aan de kwaliteit van alle ondervloeren, aldus TüV.
Met de jaarlijkse hertest kunnen consumenten blijven vertrouwen op het keurmerk en een ondervloer aanschaffen met de gewenste contactgeluid reductie specificaties, zo stelt men in Arnhem. “TÜV Rheinland kiest zowel bij de initiële test als de hertest zelf de samples uit. De leverancier heeft geen invloed op waar wij de te testen ondervloer aanschaffen,” legt Jaring de Wolff, Expert Flooring, uit. “De geteste ondervloer is dan willekeurig gekozen. Het testresultaat is hierdoor representatief.”
Door deze jaarlijkse hertest wordt op het keurmerk ook een categorie toegevoegd. Naast Noise reduction staat er nu ook Regular product surveillance.
Het keurmerk van TÜV Rheinland is volgens het testinstituut wereldwijd herkenbaar. Een ontwerp met een afbeelding van het keurmerk met daarnaast de trefwoorden waar het keurmerk betrekking op heeft en een uniek nummer. Door dit unieke nummer en de eventueel geplaatste QR-code kan in de publiek toegankelijke certificaten database Certipedia.com worden gecontroleerd of het keurmerk terecht is geplaatst.
Het keurmerk van TÜV Rheinland geeft direct aan dat de vloer voldoet aan de 10dB-norm, aldus TüV Rheinland. "Kopers van ondervloeren weten zo zeker dat ze een vloer kopen die voldoet aan de in het VVE-reglement gestelde eisen."
Nieuw in het certificering schema is de specificatie van een kwalitatief goede ondervloer. "Door aan de minimale eisen betreffende kortstondige drukweerstand (CS) en de langdurige drukbelasting (CC) te voldoen kan het kwaliteitsbehoud van de ondervloer gewaarborgd worden." Wanneer de ondervloer aan deze minimale eisen voldoet en deze is getest bij TUV Rheinland of een ander onafhankelijk testlaboratorium wordt de prestatie op het certificaat en Certipedia vermeld.
De minimale eisen aan de levensduur van de ondervloeren worden gemeten volgens de standaarden van de European Producers of Laminate Flooring (EPLF) en de Multilayer Modular Flooring Association (MMFA).
"Door de verbetering van het testprotocol en de groei van het aantal gecertificeerde ondervloeren zijn de kosten per product omlaag gebracht. Dit merkt de ondervloeren producent aan de verlaagde tarieven voor het laten testen", zo hoopt men in Arnhem.